Sint 4: Schoentje
Weet jij waarom je een schoentje zet?
Waarom niet een wortel en een raap op een proper soepbord, of in een mandje...?
Dat is toch veel minder vies, dan in een stinkende schoen!?
Wel, dit komt zo:
Op een nacht liep bisschop Nicolaas door de stad.
Opeens hoorde hij meisjes wenen in het huis.
Hij bleef bij het raam staan
en hoorde ze snikken:
"Ach, die stoute papa van ons,
door hem kunnen wij niet trouwen,
wij hebben geen geld genoeg
en daardoor zullen wij voor altijd hier thuis moeten wonen."
Nu wilde bisschop Nicolaas maar wat graag de drie meisjes helpen,
hij had drie bollen goud,
maar hoe moest hij hen die geven?
Nicolaas wilde niet dat de drie meisjes wisten dat het van hem kwam
en hij wilde ook niet dat de stoute papa de gouden bollen zou vinden.
Hoe kan je iets verstoppen in een kamer,
zodat de meisjes het vinden zonder dat zij weten dat ze iets moeten zoeken?
Sta jij 's morgens op en denk je,
hee, ik moet iets zoeken, want misschien heeft er iemand iets verstopt?
Nee, toch!?
Nicolaas dacht diep na.
Onder hun bed, of onder hun kussens?
Neen, want wie doet dat nu,
's morgens onder je bed of onder je kussen kijken?
En wie weet, vindt de stoute papa de bollen wel,
als hij de bedden opmaakt.
In de kast? Onder een stapel kleren? Ook geen goed idee...
Toen wist bisschop Nicolaas het!
Ik stop een gouden bol in hun schoen!
Dan voelen ze meteen als ze hun schoenen aandoen, dat er iets in hun schoentje ligt!
En de papa zal zeker niet zijn voeten in hun schoenen steken!
Wat een knap idee!
En zo komt het dat wij nog steeds onze schoen zetten,
opdat Sinterklaas ons ook kan verrassen!
En de drie meisjes?
Ze vonden 's morgens de gouden bol,
zodra ze hun tenen in hun pantoffels staken
en konden trouwen met de prins van hun dromen.